Gedicht: welkom thuis
Een gedicht over waarom het niet altijd fijn is om thuis te komen.
Aarzelend loop ik de weg af, het tuinpad
Ik open mijn voordeur, hier moet ik zijn
Hier ben ik welkom, een laars op de deurmat
Je bent thuis, dat is fijn, roept de was aan de lijn
Hoe was je retraite?, schettert een tablet
Ik was even weg voor wat rust in mijn geest
Was het eten er lekker?, checkt de tafel vol vlekken
Ja ik kan zien dat ik weg ben geweest
Aan mij is gedacht, ook toen ik weg was
Dit huishouden is een geolied geheel
Het eten is op maar er wacht mij de afwas
Potten en pannen, dat is mijn deel
Verdwaalde vaat op het aanrecht onthaalt me
De wasmand walmt een warm welkom naar mij
Het fruit is een heel eigen leven gaan leiden
De keuken heeft weer wat bewoners erbij
De spullen verstrooid, overhoop en verloren
Ze kijken en wijzen en lachen me uit
Respectloos op plaatsen waar ze niet horen
Orde of rust interesseert ze geen fluit
Houd je van ons?, schreeuwt de bliksemse bende
Je doet het uit liefde maar niet voor je lol
Ik ben toch gekomen, dat is de ellende
Je houdt van die mensen of je houd het niet vol
Respect moet ik zoeken in poeponderbroeken
Waardering ontdekken in plakkende plas
Liefde gaat niet door de maag maar de afvoer
Dankbaarheid lees ik in overal was
Juist als ik thuis ben dan sluimert de heimwee
Heimwee naar elders, naar anders, naar ooit
Ik vlucht van de onrust maar neem steeds die pijn mee
Als ik zo ver weg zoek, dan kom ik er nooit
Dus zoek ik mijn weg tussen dozen en schillen
Tussen poep en pantoffels vind ik mijn plek
Alles komt goed, als ik niet ga gillen
Alles komt goed of misschien word ik gek